Het aantal studenten ingeschreven in het hoger onderwijs in Brussel wordt geschat op 90.000 (ADT/ATO, 2016). Dat maakt van Brussel de grootste studentenstad van België, al wordt dat zelden zo aangevoeld. Een 50-tal vestigingen van universiteiten en hogescholen ligt immers sterk verspreid over het gewest, in tegenstelling tot de universiteiten in de andere steden, en de studentenpopulatie valt er door de grotere schaal ook minder op. Deze fiche brengt de krachtlijnen samen van bevragingen van ADT/ATO (2015) en Br(ik (2016).
Profiel van de Brusselse student
Met 27 universiteiten, hogescholen en Schools of arts (20 Franstalige, 5 Nederlandstalige en 2 tweetalige) en 24 internationale of privé instellingen trekt het Brussels Hoofdstedelijk Gewest studenten aan van overal. (BSI, 2014) Ongeveer een derde van de studenten woont in een van de 19 Brusselse gemeenten en zowat 23% komt uit Vlaams- (14%) of Waals-Brabant (9%). Brussel telt ook 21% studenten die een andere dan de Belgische nationaliteit hebben. Dat zijn zowel Brusselaars als internationale studenten. (ADT-ATO, 2016) Het merendeel van de studenten is vrouwelijk (55%, tegenover 45% mannen).
Volgens de ADT-ATO- enquête is een derde van de studenten aan het werk tijdens de studies. Meer dan 60% van deze werkende studenten is het hele jaar door aan het werk, meestal in studentenjobs (min. dan 15u/week). Een vijfde van de studenten ontvangt een studiebeurs.
Huurprijs, comfort en openbaar vervoer
Van de Brusselse universiteitsstudenten pendelt ongeveer 40% en 60% zit ‘op kot’. Het merendeel van deze koten zijn in privé handen, terwijl een minderheid wordt aangeboden door de onderwijsinstellingen. Voor studenten blijken volgende criteria bepalend bij de keuze van hun tijdelijke verblijfplaats: de huurprijs, de bereikbaarheid met openbaar vervoer, het comfort van de woning, de locatie van de woning en de duur/aard van het huurcontract.(ADT-ATO, 2016).
De gemiddelde huurprijs van een studentenwoning, lasten inbegrepen, is in Brussel 466€, (ADT/ATO, 2015 en Br(ik, 2016). Net zoals de prijzen van de reguliere huisvestingsmarkt, ligt de huurprijs van koten in Brussel hiermee hoger dan in andere Belgische steden. Uit de Br(ik-bevraging blijkt dat de huurprijs door de meeste studenten (65%) als ‘redelijk’ wordt ervaren, maar tegelijk zijn de meesten (68%) ook helemaal akkoord met de stelling dat die prijs ‘te hoog’ is. Voor meer dan een derde van de studenten is de huurwaarborg, meestal 2 maand huur, als te duur beschouwd. (Br(ik, 2016).
De prijs is afhankelijk van de aard van de woning, die varieert van individuele studentenkot (kamer - studio) tot gedeelde woningen. Door de schaarste op de woningmarkt voor studentenhuisvesting, die blijkt uit de moeilijkheden die studenten ondervinden op zoek naar een geschikt en betaalbaar kot, wenden zij zich vaak tot de klassieke vastgoedmarkt om er met meerderen een huis of appartement te delen. 1 op 3 van de Brusselse studenten kiest voor medehuur. Vaak zijn de huurcontracten hier van langere duur (3 jaar) dan de gewone studentenkoten (doorgaans 12 maanden).
Ook de bereikbaarheid met openbaar vervoer blijkt bepalend bij de keuze. Naast de fiets is het openbaar vervoer immers de uitgelezen manier waarop de student zich verplaatst. Comfort en telecomvoorzieningen helpen eveneens om de student in de richting van een bepaald kot te bewegen.
Locatie, locatie, locatie
In de onmiddellijke omgeving van de campussen liggen hogere concentraties studentenwoningen, aangeboden door zowel de universiteiten zelf als door de private eigenaars. De meeste studentenwoningen vinden we in Elsene (27%), Sint-Lambrechts-Woluwe (14%) , Brussel-Stad (13%) en Etterbeek (10%). (ADT_ATO, 2016)
Figuur 1: Studentenverblijven de door de instellingen voor hoger onderwijs zelf beheerd worden of waarnaar doorverwezen wordt
Bron: BSI-synthesenota, 2014, cartografie BSI.
Zelfs met deze concentraties kent Brussel niet echt studentenbuurten, met een op studenten afgestemde horeca en een aanbod aan culturele activiteiten op studentenmaat.
Het merendeel van de kotstudenten is tevreden over de buurt waar ze wonen (89%, ADT/ATO, 2016), maar een 43% voelt zich ‘soms’ onveilig, vooral ‘s avonds en ‘s nachts. Ongeveer de helft van de ondervraagde studenten geeft aan na de studies in Brussel te willen wonen. Uit een recente bevraging van studenten in opdracht van Br(ik bleek ook 46% van de studenten zich positief te identificeren met Brussel.
Studenten maken stad
Het potentieel van studentenhuisvesting als motor voor wijkontwikkeling gaf aanleiding tot een samenwerkingsverband tussen de teams Vlaams Bouwmeester en Bouwmeester Brussels Hoofdstedelijk Gewest, Vlaams Minister Sven Gatz en Br(ik. De bedoeling van de projectoproep Studenten maken stad is in te zetten op initiatieven die de nood aan extra studentenkamers verhelpen, - nu al geschat op 9.000 – en deze koppelen aan stedelijke en maatschappelijke meerwaarden, bijvoorbeeld de herbestemming van leegstaande kantoorruimten, innovatieve woonvormen, en dat tegen de achtergrond van een integraal plan om de Brussel als kennisstad te profileren.
Uitdagingen voor het beleid
Studenten zijn niet alleen een belangrijke doelgroep voor de instellingen van het hoger onderwijs, maar ook voor het gewest. De Brusselse regering stelde in 2015 het Studentenhuisvestingsplan voor met maatregelen om de woonbehoeften bij studenten tegemoet te komen, onder meer de oprichting van een Sociaal Vastgoedagentschap voor studenten. Aan Nederlandstalige zijde zijn de inspanningen voor Brusselse studenten sinds 2011 gebundeld in BR(IK. Dat stroomlijnt niet enkel de toegang tot studentenwoningen (iKot), maar kent ook kwaliteitslabels toe en fungeert als een servicedesk om studenten de stad te leren kennen. Aan Franstalige kant ijvert vzw Plateforme du logement étudiant voor gelijkaardige doelstellingen.
Uit zowel de ADT/ATO als Br(ik-enquêtes blijkt een tekort aan beschikbare studentenwoningen. Het potentieel aan kandidaat-kotstudenten is veel groter, maar velen vinden geen betaalbare woning in de nabijheid van de studieplaats. De universiteiten hebben zelf een aanbod aan inkomensgerelateerde studentenkoten, maar de wachtlijsten zijn lang. De uitdaging om de toegang tot de woonmarkt voor studenten te vereenvoudigen, stelt zich voor de universiteiten en hoge scholen, maar ook voor Brusselse gemeentelijke en gewestelijke overheden. Uit de bevragingen blijkt immers dat meer dan de helft van de Brusselse studenten zich er goed voelt en er graag blijft wonen.
Dimokritos Kavadias, Raf Pauly, Ann Mares, september 2016.
Referenties
Blik op het studentenleven in Brussel: stedelijke praktijken en de omgang met de stad, fase 1: de universiteiten – juli 2014 – december 2015, ADT/ATO, 2016.
Blik op het studentenleven in Brussel: stedelijke praktijken en de omgang met de stad, fase 2: Hogescholen en kunstscholen – oktober 2015, ADT/ATO, 2016.
Het studentenleven in Brussel: stedelijke praktijken en omgang met de stad, Synthese, ADT/ATO, 2016.
Vaesen Joost, Wayens Benjamin, et al., Het hoger onderwijs en Brussel, BSI-Synthesenota, Brussels Studies nr. 76, 23/04/2014.
Pauly Raf, Kavadias Dimokritos en Vaesen Joost, Br(ik stakeholderbevraging, BSI/BRIO, 16 maart 2016.
Pilootprojecten, Studenten maken stad, BWMSTR, 2016.